In Nederland gebruiken we opvallend veel informele woorden voor geld. Of het nu om poen, centen of knaken gaat — deze termen zijn diep verweven met onze volkscultuur en straattaal. Maar waar komen ze eigenlijk vandaan?
De oorsprong van ‘poen’
Het woord poen stamt vermoedelijk uit het Javaans-Maleis woord poen of poeni, dat ‘geld’ betekent. Tijdens de koloniale tijd in Nederlands-Indië namen Nederlanders het woord over, en het vond zijn weg naar de Nederlandse spreektaal. In soldatentaal stond poen voor contant geld of soldij, en later werd het een algemeen synoniem voor ‘geld’ in het dagelijks leven.
Waarom zeggen we ‘centen’?
Centen komt uiteraard van ‘cent’ — het honderdste deel van de gulden. De uitdrukking “geen cent te makken hebben” zie je al terug in de 19e eeuw. Omdat ‘cent’ een hoogfrequent betaalmiddel was, groeide het woord uit tot een informele verzamelnaam voor kleine geldbedragen in het algemeen.
Wat bedoelen we met ‘knaken’?
Een knaak stond voor het muntstuk van tweeënhalve gulden. De herkomst is niet helemaal duidelijk, maar taalkundigen denken dat het op klank is gebaseerd: het ‘knak’-geluid wanneer de zware zilveren munt viel. Toen de gulden verdween in 2002, verdween ook de munt — maar niet het woord. Tegenwoordig wordt knaak nog gebruikt op een nostalgische of humoristische manier.
Van straattaal tot cultuurfenomeen
Woorden als poen, knaken en centen laten zien hoe taal over geld zich blijft vernieuwen. Nieuwe generaties voegen eigen termen toe, zoals doekoe, money en stack. De Nederlandse geldslang weerspiegelt daardoor niet alleen economische, maar ook culturele invloeden — van de koloniën tot rap en straattaal.
FAQ – Over geldslang en oude munttermen
Wat betekent het woord ‘poen’ precies?
‘Poen’ betekent geld in het algemeen, meestal contant geld. Het werd oorspronkelijk gebruikt door militairen in Nederlands-Indië en kwam van het Maleise woord poen.
Waar komt de uitdrukking ‘geen cent te makken hebben’ vandaan?
Deze uitdrukking bestaat al sinds de 19e eeuw en betekent letterlijk dat iemand geen enkel geldstuk bezit. Het beeldt armoede of geldnood op een humoristische manier uit.
Wat was een knaak in guldentijd?
Een knaak was een muntstuk van 2,50 gulden. Het was van zilver en werd tot 2001 gebruikt in het betalingsverkeer. De term leeft voort als onderdeel van nostalgische geldslang.
Hoeveel was een meijer waard?
Een meijer stond gelijk aan 100 gulden. De term werd veel gebruikt in de 20e eeuw, vooral bij grote transacties of salarissen.
Worden woorden als ‘poen’ en ‘knaken’ nog gebruikt?
Ja, vooral in informele contexten en in spreektaal. Vaak wordt het met een glimlach gebruikt of om een ouderwetse sfeer op te roepen.
Wat zijn moderne termen voor geld in straattaal?
Tegenwoordig gebruiken jongeren termen als doekoe (geld), rack (duizend euro) of stack (grote stapel geld). Ze komen vooral uit de hiphopcultuur.
Wat is het verschil tussen officiële muntnamen en geldslang?
Officiële munten verwijzen naar daadwerkelijke valuta, zoals euro’s of centen. Geldslang is informeel en cultureel geladen; het verandert voortdurend met tijd en mode.
Waarom heeft Nederland zoveel geldslang?
Dat komt door de handelsgeschiedenis, koloniale invloeden en het sterke gevoel voor humor en nuchterheid in de Nederlandse taal. Geld is iets alledaags, en daar ontstaan snel creatieve woorden voor.
Wil je meer weten over geldslang? Lees dan ook deze populaire artikelen:
En bekijk de volledige verzameling van onze artikelen over geldslang voor nog meer interessante herkomsten en betekenissen.









